Overeenstemming over onderhoud bij overname ‘luxe’ veranderingen

De Woonbond, vereniging van woningcorporaties Aedes en Vastgoed Belang, de koepel van commerciële verhuurders, zijn het erover eens dat huurders en verhuurders nadere afspraken moeten kunnen maken over onderhoud en vervanging van ‘meer dan standaardvoorzieningen’ die een nieuwe huurder van de vorige wil overnemen.
Dat hebben de drie partijen vastgelegd in een advies, inclusief een voorbeeldcontract voor die situatie en een modelregeling voor het zelf klussen door huurders. Verhuurders en huurders(organisaties) kunnen daar bij het vormgeven van het beleid op lokaal niveau gebruik van maken. Wel erkennen Aedes, de Woonbond en Vastgoed Belang dat de praktijk moet uitwijzen in hoeverre dergelijke afspraken juridisch houdbaar zijn
De belangenorganisaties willen met hun advies het knelpunt oplossen dat ontstaat als een nieuwe huurder een door de verhuizende huurder aangebrachte luxe badkamer, keuken – al dan niet met inbouwapparatuur – of andere voorzieningen van ongebruikelijke materialen en/of uitvoeringen wil overnemen. Wettelijk is dat sinds het nieuwe huurrecht van 1 augustus 2003 niet meer mogelijk, omdat dergelijke ‘onroerende’ zaken na verhuizing onderdeel worden van het gehuurde, zodat het onderhoud en de vervanging ervan vanaf dat moment voor rekening van de verhuurder komen. De wet stelt dat er niet in het nadeel van de huurder van deze regel mag worden afgeweken. Het gevolg is dat verhuurders die willen voorkomen dat ze luxe voorzieningen met vaak dure en moeilijk te krijgen onderdelen moeten onderhouden, van de huurder eisen dat die de zelfaangebrachte verandering (zav) bij verhuizing verwijdert. Die voorwaarde mogen verhuurders in dergelijke gevallen aan hun toestemming voor het aanbrengen van de verandering verbinden. Het resultaat kan dan zijn dat een luxe voorziening die een huurder het liefst wil achterlaten en die een nieuwe huurder graag wil overnemen, tóch moet sneuvelen.
Om dit probleem op te lossen is het voorstel van Aedes, Woonbond en Vastgoed Belang dat huurder en verhuurder in aanvulling op het huurcontract schriftelijk overeen kunnen komen dat de verhuurder het onderhoud en de vervanging van de overgenomen ‘zav’ voor zijn rekening neemt op basis van de standaarduitrusting van de woning. De kosten van eventuele overige reparatie- en onderhoudswerkzaamheden aan de overgenomen voorziening zijn dan voor de huurder. De ‘meer dan standaardvoorzieningen’ tellen niet mee in de puntentelling en hebben dus geen opwaartse invloed op de maximaal toegestane huurprijs. Ook is het uitgangspunt dat de huurder de overgenomen verandering aan het einde van de huur niet ongedaan hoeft te maken.
(bron: Woonbond)