Kamer schort uitvoering Europees besluit op

De invoering van de ministeriële regeling ter uitvoering van het Europese besluit inzake staatssteun aan woningcorporaties, is voorlopig van de baan.

Dat komt door een motie van het Kamerlid Sadet Karabulut (SP) die gisteren door een ruime kamermeerderheid werd aanvaard. De motie, die mede werd ontertekend door Monasch (PvdA), Van Gent (GroenLinks) en Verhoeven (D66), vraagt de regering om de ministeriële regeling niet per 1 oktober in te voeren, maar eerst de gevolgen van de regeling voor de woningmarkt en de keuzemogelijkheden van huishoudens met een inkomen boven de 33.000 euro nader te onderzoeken en geen regeling in te voeren voordat hierover aan de Kamer is gerapporteerd en maatregelen om nadelige gevolgen te voorkomen met de Tweede Kamer zijn besproken. Ook vraagt de motie van de minister om in overleg te treden met de Europese Commissie om een zodanig uitstel van uitvoering van het Europese besluit te bewerkstelligen, dat tot een verantwoorde invoering kan worden gekomen.

Minister Van Middelkoop werd gisteravond geconfronteerd met een zeer kritische Kamercommissie. Verschillende Kamerleden deelden de zorgen van de Woonbond, Aedes en de VNG dat overhaaste invoering van de ministeriële regeling desastreuze effecten zou kunnen hebben voor de middeninkomens en zou kunnen leiden tot verdere verstoring van de toch al slecht functionerende woningmarkt. Meerdere keren werd het RIGO-onderzoek ‘Tussen wal en schip’ aangehaald dat Aedes en Woonbond samen hebben laten uitvoeren. Volgens dit onderzoek raken ruim 650.000 huishoudens straks in de problemen als zij op zoek gaan naar een ander huis. Ze vallen tussen de wal en het schip , omdat ze immers niet terecht kunnen op de koopmarkt (te duur) en niet op de commerciële huurmarkt (te klein en meestal ook te duur). Ook vonden verschillende Kamerleden dat zo’n ingrijpende maatregel een zaak is voor het nieuwe kabinet en dat het alleen in samenhang met andere hervormingen van de woningmarkt mag worden gedaan. Vooral Kees Verhoeven (D66) benadrukte dit laatste.

De Kamer stelde ook nog eens dat Nederland zelf en niet de Europese Unie over de Nederlandse Volkshuisvesting gaat. De kamercommissie deed, onder andere bij monde van Jacques Monasch (PvdA) en Ineke van Gent (GroenLinks) een klemmend beroep op de minister om nog eens met de Eurocommissaris Almunia van mededinging (de opvolger van Neelie Kroes) in gesprek te gaan over de beschikking. De Kamer denkt terecht dat daar ruimte voor is. Immers, de Nederlandse Europarlementarier Lambert van Nistelrooij concludeert in zijn verslag van een debat met Almunia in het Europees Parlement op 19 mei jl.: ‘de Europese Commissie zal Nederland – als men dat wil – de ruimte bieden nog meer flexibiliteit te geven; bij een kabinetsformatie kan dit, gelet op de crisis en de Nederlandse wens geïntegreerde wijken te realiseren, aan de orde komen.’ Van Middelkoop wilde de Kamer op dit punt echter niet tegemoet komen. Op de vraag of hij ‘alles op alles wil zetten’ om de Europese Commissie tot andere gedachten te brengen, antwoordde Van Middelkoop dat dat ‘zinloos’ is. ‘Ik leef in een rechtsorde, het besluit van de Commissie moet ik uitvoeren. Dat moet de Kamer in zijn overwegingen betrekken.’ Van Middelkoop toonde zich slechts bereid om invoering van de ministeriële regeling drie maanden uit te stellen tot 1 januari 2011. Hij kreeg daar alleen het CDA in mee. Een meerderheid nam er echter geen genoegen mee en vervolgens kreeg Van Middelkoop de motie Karabulut aan zijn broek.